Copyright © Residence-Loohorst.
Alle rechten voorbehouden.
April 2014
HISTORIE VAN DE PLEK VAN "RESIDENCE-LOOHORST"
Auteur: Gerke Adema
Op deze site willen wij u iets vertellen over de historie van onze woonomgeving.
Daarbij zullen wij hier de volgende aspecten beschrijven:
1. De geschiedenis van de Loseweg.
2. De bouwactiviteiten van de koningen en prinsen, in onze directe omgeving.
3. Het verleden van ons plekje grond.
Geschiedenis van de Loseweg
De Loseweg heeft een zeer rijke historie. Hij maakte deel uit van een in de Middeleeuwen bestaande Hanzeweg. Deze liep van het Duitse Munster, via Doesburg, over Apeldoorn naar Elburg ( via Wiesel, Niersen en Gortel). Delen van deze route heten nog steeds Elburgerweg. Daar waar hij nu, ter hoogte van de paleistuin, scherp naar rechts afbuigt liep hij vroeger rechtdoor. Toen midden 15e eeuw het kasteel het Oude Loo werd gebouwd, sloten de bouwers hun kasteel door middel van een fraaie oprijlaan met twee rijen eiken aan op de Loseweg. Er stond toen al een smederij aan de Loseweg, vlak bij het begin van deze oprijlaan. Toen prins Willem III het paleis Het Loo bouwde en deze voorzag van een baroktuin, werd deze oprijlaan opgenomen in het tuinplan als Middendwarslaan tussen de beneden- en boventuin. Lodewijk Napoleon heeft veel wijzigingen aangebracht in zijn woonomgeving. Zo ook in zijn achtertuin. De formele baroktuin veranderde hij in een trendy Engels landschapspark. Dit vergde een grotere breedte. Door de Loseweg om te buigen naar de Tuinmanslaan werd dit mogelijk gemaakt. Omdat de Loseweg ten oosten van het paleis aan het paleis en de paleistuin voorbijging, liet stadhouder prins Willem III een bescheiden paadje aanleggen, met twee rijen bomen, van het toegangshek van zijn paleis richtingde toren van de toenmalige dorpskerk op het huidige Raadhuisplein. ( o.a. t.b.v. zijn kerkgang ) . Het was stadhouder prins Willem IV, die dit pad liet vervangen door een echt vorstelijke laan, een paleis waardig. De aanleg duurde van 1735- 1740. Zó werd onze Loseweg overtroefd door de Loolaan; het kon minder! De Loolaan werd vanaf ca 1840 bebouwd (Hotel het Loo, onze achterbuur, ca 1845 ) .
De Loseweg heette vroeger Loosche weg, de weg naar het Loo. Bij de invoering in de dertiger jaren van de nieuwe spelling had de naam veranderd moeten worden in Looseweg. De taalregels werden echter verkeerd toegepast, en het werd tot onze schande Loseweg. Het gemeentebestuur vindt het achteraf herstellen te ingrijpend en te kostbaar. Bouwactiviteiten in onze directe omgeving Veel bouwactiviteiten hadden een relatie met de jacht. Zo werden al rond 1500 jachtpartijen georganiseerd, met name ten behoeve van de hertog van Gelre. Om deze jachtpartijen te ondersteunen, verschenen aan de oprijlaan naar het kasteel allerlei gebouwen; een herberg en een brouwerij voor de gasten, bouwhuizen, schuren, stallen met veel paarden en hokken voor zo’ n 80 honden. De koning- stadhouder Willem III liet, nadat hij zich het Oude Loo had kunnen verwerven, op de bijhorende grond het paleis Het Loo bouwen. De bouw duurde van de eerste steenlegging in 1685 tot het laatste tuinhek in 1698. De bebouwing van de oprijlaan naar het kasteel Het Loo stonden hem in de weg, omdat ze midden in de tuin van het paleis zouden komen te liggen. Dus werden alle bouwsels afgebroken. Als nieuwe locatie voor de opstallen koos de stadhouder voor het Roeltjeskamp, een stuk grond gelegen tussen het begin van de Koningstraat en het huidige naar het oosten omgebogen stuk Loseweg. Hierop kwamen de herberg ( nu bekend als ’ Keizerskroon’), de brouwerij en het bouwhuis. Noord hiervan werd een papiermolen vervangen door een jagershuis met slachthuis, kookhuis, stal, schuren en hondenhokken. Ook liet hij een volière bouwen en een hertenkamp aanleggen. Stadhouders Willem IV en vooral Willem V maakten hier een complete dierentuin van met o.a. een olifantenverblijf. Zowel deze stadhouders als koning Lodewijk Napoleon hielden meer van de valkenjacht. Dus werden er valkeniers aangetrokken en opgeleid. Gebouwd werden valkenierswoningen en ruimten om de valken te huisvesten en te trainen. Dit vond plaats in de omgeving van de andere opstallen voor de jacht. Lodewijk Napoleon voegde aan de gebouwen aan de Koningstraat nog een armenschool toe. Ook liet hij t.b.v. zijn postafhandeling het Posthuis bouwen aan het begin van de Koningstraat. Onze Lodewijk had meer op met de buurtschap Het Loo dan met Apeldoorn. Schoutambt Apeldoorn werd Schoutambt Het Loo.
In de vierhoek, gevormd door Zwolseweg, Loseweg, Wendenlaan en Mecklenburglaan, werden door hem gebouwd: Een rij van 24 woningen (’ De Nieuwe Haven’ geheten), een werkhuis, twee kerken, twee pastorieën en een groot hotel ( met 65 kamers), genaamd ’ Het Groote- of Koningslogement’ later ’ Hotel De Valk”. U kunt dit helaas niet meer vinden, alles werd later afgebroken. Het wegenstelsel paste hij aan. Hij legde de Zwolseweg aan en de Straatweg naar Amersfoort, ter vervanging van het eerste deel van de Koningslaan. Hierdoor kon het volk wat uit zijn voortuin gehouden worden. Ook legde hij de verbindingsweg aan tussen het toegangshek van de bassecourt en de Zwolseweg, tegenover zijn nieuwe hotel, tussen Loseweg en Mecklenburglaan. Tijdens zijn regeringsperiode bouwde Koning Willem I in 1829/1830 voor zijn intendant een ambtswoning, dat wij kennen als ‘Het Kleine Loo’, Zwolseweg 1. Koning Willem III stichtte een nieuwe school in 1851 aan de Loolaan. Met name voor de kinderen van zijn personeel. In 1861 liet hij aan de Amersfoortseweg een jachtchalet bouwen, het ’ Aardhuis’. T.b.v. het Hof van koningin Wilhelmina voorzag de regering het paleis van een extra etage. Bij de laatste restauratie werd dit weer ongedaan gemaakt. In 1853 werd het jagermeesterschap opgeheven als publieke functie. De jagermeesters werden deel van de hofhouding. Als hoofd van het jachtdepartement fungeerde een opperjagermeester; per district een jagermeester. L. G. A. Graaf van Limburg Stirum werd in 1884 benoemd tot grootofficier in de charge van Opperjagermeester. Hij bleef dit tot zijn overlijden in 1906; hij zou de laatste opperjagermeester zijn. Prins Hendrik heeft op een gegeven moment op Het Loo de functie van Jagermeester gecombineerd met die van Opperhoutvester. Koningin Wilhelmina bouwde voor haar opperhoutvester een villa (Amersfoortseweg 1) en voor haar (opper-) jagermeester een villa ( Zwolseweg 12).
Deze laatste villa zult u niet meer vinden. Hij stond ter plaatse van onze huidige binnentuin, open
gedeelte. Haar secretaris kwam te wonen in een villa, die ze liet bouwen aan de Zwolseweg nr 3. Verleden van ons plekje grond Ons gezamenlijke stukje grond behoorde in de 19e eeuw tot de Kroondomeinen, en was in gebruik als bouwland. Het kwam in bezit van Koning Willem III en vervolgens erfde Koningin Wilhelmina dit perceel bouwgrond met opgaande bomen. In 1903 wordt door het kadaster vastgelegd dat koningin Wilhelmina dit perceel( vermoedelijk op 6-3-1902) als bouwgrond heeft verkocht aan Frederik Willem Jacob Loudon, jagermeester van H. M. de Koningin voor Gelderland; Apeldoorn. Deze Loudon was op 3-2-1894 benoemd tot ordonnanceofficier. Hij was een der eerste vier ordonnanceofficieren van de jonge koningin Wilhelmina. Jhr. Mr. J. H. van Haersma de With, toenmalig Jagermeester van H. M. de Koningin voor Gelderland, kwam op 11 oktober 1900 te overlijden, op de leeftijd van 48 jaar. Waarschijnlijk is Loudon spoedig als diens opvolger benoemd. Na dat hij de bouwgrond heeft gekocht bouwt hij een huis ( gesticht in 1903) en een koetshuis ( gesticht in 1904). Rond 1906 kreeg Loudon, op zijn verzoek, eervol ontslag als jagermeester. De waarneming van deze functie werd opgedragen aan G. E. H. Tutein Nolthenius, die al Opperhoutvester was en Rentmeester van het Kroondomein Het Loo. Loudon verkoopt zijn villa in 1907 weer aan koningin Wilhelmina. In 1960 vind overdracht plaats aan koningin Juliana. Direct na de oorlog, zomer 1945 tot zomer 1946 heeft koningin Wilhelmina nog in deze villa gewoond. In paleis Het Loo was toen nog de staf van de prins gevestigd. In 1966 werden de 2 huizen en bos tuin verkocht aan de gemeente Apeldoorn.
In 1967 staat het weer te boek als bouwterrein en wordt het verkocht aan de Stichting tot behartiging van de belangen der NV Philips Gloeilampenfabriek gev te Amsterdam. In 1973 wijzigt de naam in Stichting Philips Pensioenfonds A gevestigd te Eindhoven. Philips wil als belegging dit complex bouwen. Het zou een bijzondere woonvorm worden. Architecten: Ir. L. J. de Klerk B. I. en R. Boiten B. N. A. gevestigd te Den Haag. Sinds 1966 zijn er diverse bouwplannen ontworpen. In 1967 werd een eerste plan ingediend bij de gemeente; het betrof de bouw van 142 woningen in 3 torens en daartussen, in 2 bouwlagen, ca 2000 m2 praktijkruimte. Hierover is veel te doen geweest. M. n. de afzonderlijke praktijkruimten pasten niet in de gemeentelijke plannen. Eerst op 27 aug. 1971 werd een 2e plan ingediend bij Bouw- en Woningtoezicht. Na welstandscommissie en brandweer te zijn gepaseerd, volgde op 23 febr. 1972 de goedkeuring door het College van B&W. Tussen 1972 en 1977 is er nog enig gesteggel geweest over de uitvoering van de bepalingen in de bouwvergunning t.a.v. de brandweereisen. Tot slot nog een paar cijfertjes: - de bouwgrond had een hoogte t.o.v. NAP van 17.70 tot 19.25 m. - de onderkant van onze gebouwen ligt op 17.40 m, en het niveau van de 1e woonlaag op 20.20 m. We kunnen dus zeker droge voeten houden. -inhoud complex: 57.000 m3. - totale bouwkosten werden begroot op Fl.11.000.000.
Aardigheidje: op de oorspronkelijke tekeningen van dit plan stond ingetekend een tennisbaan, gelegen in de bostuin!